
Dat ken je toch zeker ook? De eerste zonnestralen die echt verwarmen, de dagen die langer worden. En waar het zo lang zo kaal en bleek leek, kijk eens, de eerste voorjaarsbloeiers durven hun bladeren al boven de grond te tonen.
En dan begint het te jeuken. In de vingers. En overal. Kan ik misschien toch al iets planten, de ene struik snoeien of een beetje schoonmaken in de tuin?
Ja, ik weet het. Het is nog te vroeg. Niet voor alles, maar echt aan de slag kan ik nog niet. De kans op vorst is nog steeds te groot.
Dus laat ik nog even alle stengels staan, de struiken wild en de bladeren en stokjes op de grond waar ze niet helemaal storen. En dan stel ik me voor hoe een kever of een spin zich nog even omdraait en dankbaar is voor dit thuis of dekbed.
En misschien draai ik me dan ook weer even om, onder mijn warme dekbed en droom nog een beetje. Van het voorjaar.